Céline’s Phoebe Philo presenteerde in 2009 voorzichtig een kleine resort (tussen) collectie in een loft in Chelsea die was ingericht als een walk-in-closet, alsof we een kijkje namen in haar eigen klerenkast, heel persoonlijk.
Al na slechts drie collecties was de Britse één van de invloedrijkste mensen in de mode-industrie. Veel gekopieerde blikvangers uit die eerste collectie voor zomer 2010 waren T-shirts en jurken in boterzacht leer, hoge pantalons met wijde, rechtvallend pijpen en korte uitstaande rokjes in A-lijn, afgezet met contrasterende leren biesjes, een typisch Céline kenmerk.
Een inkoper verzekerde mij dat klanten als ze eenmaal gewend zijn aan Céline, er altijd voor terugkomen. Waar de Philophiles ook bijzonder blij van worden, zijn de tassen en de schoenen – met alleen al Philo de accessoireontwerpster heeft Céline (lees: LVMH) goud in handen. Overigens zijn lederwaren vanouds de corebusiness van het luxelabel dat in 1945 wordt opgericht door Céline Vipiane.
Hoe Phoebe Philo, over wie weinig bekend is – behalve dat ze gek is op paardrijden, junkfood en haar familie – is één ding tamelijk verontrustend. Ze kampt met een enorme faalangst. Eerder deed dit haar de das om bij Chloé. Om er van af te komen probeerde ze van alles, van medicijnen tot therapie. Wat hielp, zei ze, is dagelijks vijf minuten meditatie.
Tsja, en hoe zal het Céline volgend jaar vergaan? Opvolgers die een merk succesvol voortzetten zijn zeldzaam. Ach, who cares, belangrijker is: wat is Philo van plan? Keert ze als een Helmut Lang of Martin Margiela de mode de rug toe? Of blijft er hoop voor Philophiles.
Fijn weekend, tot maandag!
Reageren is niet (meer) mogelijk.