Top menu

Josephus Thimister: “Ik zeg altijd: ik lieg nooit, maar spreek zelden de waarheid.”

In een excentriek ingericht appartement, op een steenworp afstand van de Eiffeltoren, vertelt Josephus Thimester (1962) meeslepend over zijn bewogen modecarrière. Een opgezette sluipende tijger, een koket baby-olifantje en een schildpad ‘luisteren’ mee in de donkere, naar amber geurend ruimte.

Thimester werkt vanaf 1991 voor Balenciaga, twintig jaar geleden nog een ingeslapen modehuis dat hij op de kaart zet en tegenwoordig ook dankzij Nicolas Ghesquière geldt als één van de toplabels. Daarvoor werkt de Nederlander voor Karl Lagerfeld, en maakt hij illustraties voor de Franse Vogue. In 1997 start hij Thimister, zijn eigen unikseks label, met elegante en kwetsbare ontwerpen.

Josephus Melchior Thimister is in 1987 summa cum laude afgestudeerd aan de Academie voor Schone Kunsten in Antwerpen. Modehuizen staan voor hem in de rij, Christian Lacroix, Comme des Garçons, maar Thimister heeft zijn zinnen gezet op Chanel. “Ik was knalverliefd op Inez de La Fressanges en de mouwen van meneer Paquito, hij maakte de tailleurs voor Chanel.

“Ik ben opgegroeid in Maastricht. Vanaf mijn zevende kwam ik regelmatig in Parijs waar mijn grootmoeder, die couture droeg, me meenam naar de shows van Yves Saint Laurent. Ik denk dat ik toen al leerde over stofvalling. In Parijs bezochten we ook vaak Maison Deyrolle, een winkel vol met opgezette beesten. Daar stond een babyolifantje en oh, ik was er echt verliefd op. Ik was best een verwend kind, maar ik kreeg het niet. Twintig jaar later, ik woonde toen in Parijs, herkende ik ‘mijn’ olifantje in een etalage bij Hermès. Ik schraapte al mijn geld bijeen, en sinds hij bij mij staat, heeft hij een lach op zijn gezicht, hij leeft. Die tijger? Die zie ik als een pluchebeest.”

“Bij Chanel kwam ik niet binnen, daar namen ze alleen mooie meisjes aan. Ik ging werken voor Karl Lagerfeld, iedereen vond hem geniaal. Bij alles wat hij deed was het: ‘suberbe, magnifique!’ ‘En wat vind jij Josephus?’ vroegen ze dan. Ik antwoordde dan: ‘Het is lelijk, maar zal wel verkopen.’ (Thimister giert het uit). De eerste keer werd er nog om gelachen. Ik ben maar snel vertrokken.
“Ik kon, en kan, erg goed tekenen. Via een vriend van Lagerfeld ging ik illustreren voor de Franse Vogue, en later ook voor interieurbladen. Ik richtte huizen in en exposities in het Grand Palais, een geweldige periode.
“Op een dag, geen idee meer waarom, moest ik voor Vogue op de foto met actrice Uma Thurman, de fotograaf was de beroemde Arthur Elgort. Ik was totaal niet onder de indruk. Ik wilde nooit beroemd worden. Ik werkte altijd hard, en ’s avonds had ik mijn eigen leven met veel lol. Parijs is een heel seksuele stad hè? Bij Balenciaga vroeg mijn assistent elke dag: ‘Josephus, goed geslapen? En met wie?’.

“In 1993 stelde een vriendin, Anne de Bourbon deux Siciles, mij voor bij Balenciaga als directeur artistiek. Toen een stoffig modehuis, het stelde niks voor. Er was een atelier met twee niet zulke aardige mensen. ‘Ik kan hier niks doen’, dacht ik. Omdat bleek dat ik mocht doen wat ik wilde, tekende ik na mijn proeftijd een contract voor vier jaar. Ik denk dat ik de hele nacht gehuild heb. Vier jaar vast bij die mensen? Ik heb een atelier opgezet, mensen aangenomen en vanaf de eerste collectie was Balenciaga de lievelingscollectie van het Amerikaanse warenhuis Barney’s. Alle modellen wilden lopen voor Balenciaga: Kristen McMenamy, Karen Mulder, Alek Wek. Mijn favoriet was de toen onbekende Stella Tennant! De eerste keer dat ik foto’s van haar zag, dacht ik nee, maar de avond voor de show kwam ze binnenlopen in de studio en ik dacht ‘Wauw zoiets heb ik nog nooit gezien!’ Alles wat je haar aantrekt ziet er fantastisch uit.

“Ik doe nog steeds casting, vind dat eigenlijk het leukste van het seizoen. De Thimister-vrouw? Zij is een madonna-achtige vrouw met een air van transparantie, of mysterieus met veel pit.”

“Bijna zeven jaar heb ik voor Balenciaga gewerkt, maar met steeds minder plezier. De eigenaren gingen steeds moeilijker doen over alles. Op vakantie? Mocht niet, dan bracht ik de collectie in gevaar. In 1997 heb ik mijn contract opgezegd. Nicolas Ghesquière, hij ontwierp toen Balenciaga rouwkleding voor Japan, werd mijn opvolger.
“Mijn laatste Balenciaga-show veroorzaakte ophef in de modepers. De regisseur weigerde het harde geluid zachter te zetten. De zaal liep leeg. Suzy Menkes bleef zo – (Thimister plaats zijn handen over zijn oren) – zitten. Was ze nog niet doof, dan was het na de show. In de pers is toen de muziek aangevoerd als mijn ontslagreden, het was niet waar. Ik wilde mijn eigen label opzetten. Het heeft me zes jaar procederen gekost om mijn geld te krijgen, dat had ik nodig voor mijn eigen collecties. Ik heb zelfs mijn opgezette ijsbeer verkocht aan Armani., het beest staat nu in een Zwitsers chalet.”

“Ik ben wel heel veeleisend, maar werk al 25 jaar met dezelfde mensen, dat zegt iets. Belangrijk vind ik dat we lachen in de studio. De eerste Thimister-collectie (2010) was een succes. Met name mijn eerste collecties – bijvoorbeeld geïnspireerd op de Baader Meinhofgroep – waren erg zwaarbeladen, persoonlijk en verhalend. Storytelling is nu populair, alleen verzinnen ontwerpers het verhaal nu vaak pas op het eind. (Lachend:) Karl Lagerfeld is hierin een meester! Als hij ratelt: ‘Vous savez? Cette saison, la jupe, c’est le nouveau pantalon’, (imiteert het haastige stemmetje van Lagerfeld feilloos), dan kom ik niet meer bij. De meeste ontwerpers hebben veel fantasie. Ik zeg altijd: ‘Ik lieg nooit, maar spreek zelden de waarheid’.”

Vorig jaar november showde ik mijn zomercollectie voor 2013. Ik werkte samen met een producent, dat is onlangs misgelopen. Maar ik ga door. In korte tijd ben ik toch gekomen tot veertig beste winkels wereldwijd, en kreeg mooie perspublicaties.
“Ik werk iedere dag, en heb altijd consultancy gedaan, voor schoenenfabrikant Charles Jourdain maar ook voor een Belgisch merk voor dikke mensen, één van mijn leukste jobs ooit! Vaak is een baan in de schaduw veel leuker.”

Gerelateerde Artikelen:


, , , , , , ,

Reageren is niet (meer) mogelijk.