Top menu

Ghesquière’s Louis Vuitton debuut: herkenning en verrassing

Het debuut van Nicolas Ghesquière voor Louis Vuitton was deels een flirt met de seventies, vernieuwing zat ‘m in materiaal, details en vlakverdeling.

De Vuitton show vond zoals gewoonlijk plaats op zeer goede stand. In het achttiende-eeuwse Cour Carrée du Louvre – vlakbij de beroemde piramide – stond dit keer een laag wit bouwwerk met luxaflexen. Het was zeker half zo klein als de enorme tenten in het Marc Jacobs-tijdperk.

Speelden onder Jacobs regie de shows zich af in de meest wonderlijke decors (draaimolen, trein, roltrappen, spuitende fontein), Ghesquière’s catwalk-esthetiek is minimalistisch. Het is alsof hij wil zeggen: bij mij draait het om de mode.

Nadat luxaflexen openden, en een zee aan zonlicht binnenstroomde, begon de show.

Ghesquière’s Louis Vuitton vrouw is jong – erg jong – en staat midden in het leven. Ze gaat graag naar concerten, houdt van moderne kunst, studeert iets cultureels en haar kleding shopt ze overal; uit vintageboetiekjes, fast-fashionketens en designerswinkels. Uiterlijk is ze de jonge uitvoering van Jane Birkin.

Met dat meisje in gedachten, ook favoriet bij Hedi Slimane, ging Ghesquière aan de slag. Zo komt het dat de LV-collectie een mix is geworden van retro met eigentijdse invloeden. Typisch seventies waren de klokrokken – met en zonder gerende (schuinlopende) banen, spitse kragen, overgooiers, grove ritsen met grote trekkers, en het kleurpalet met veel bruintinten. Eigentijdser waren de treggings (met ingebreide vlakken – typisch Ghesquière) of in lak en gebreid.

De moderne vibe zat in vlakverdelingen, met V-vormige inzetten in sweaters, asymmetrische belijning in kokerrokken en verrassende materialencombinaties.Zo waren de gerende banen afwisselend van een breisels en een relief van dakpansgewijs verwerkte plastic vierkantjes. Ghesquière is een materialenman die graag experimenteert. Hij vertelde me – toen hij nog werkte voor Balenciaga: “Elke dag denk ik: hoe kan ik een stof een nieuw leven in blazen”. Prints waren meer dan ze op het eerste gezicht leken. De wederkerende etnisch/folkloristische bloemenprint was bezaaid met glimmende ‘druppels’ en voorzien van met zilver afgewerkte gaatjes.

Typisch Ghesquière – een tikkeltje vreemd – was een serie referentieloze jurkjes met klokkende mouwtjes en een grafische vlakverdeling met een horizontale band over de bovenkant. Een boeiend ontwerp, dat naar meer smaakte.

Miauw. Dat hoorde ik een paar keer duidelijk in de soundtrack. Ghesquière houdt toch van honden? Hij vertelde me ooit dat zijn donkerbruine labrador eens hapte in een moodboard met stoffen en een punaise doorslikte. Het beestje had het overleefd, mee naar de studio mag hij niet meer.

En natuurlijk waren er de accessoires. Er was de goudkleurige langwerpige mono-oorbel als een abstract kunstwerkje, een mini-trunkje met lang hengsel dat werd gedragen als clutch en handtas. Damesachtiger waren de bekende LV-klassiekers waaronder de Alma met een een uitvergroot Chanel-achtig wiebertjes patroon. Het bekende LV-logo prijkte op kittige enkellaarsjes met licht gebogen komma hak en veel riempjes.

Met zijn eerste collectie zette Nicolas Ghesquière al duidelijk zijn stempel neer en maakte tergend nieuwsgierig naar hoe hij ons over een half jaar opnieuw zal verrassen.

 

Gerelateerde Artikelen:


Reageren is niet (meer) mogelijk.