Top menu

Wat de modegek er voor geeft

Een duizendje of twaalf, het bedrag van een middenklasser, voor een Hermès-tas, achtduizend euro voor een jurk van Ann Demeulemeester, bijna drieduizend euro voor python laarzen van Jimmy Choo. De prijzen voor designerspullen rijzen de afgelopen jaren de pan uit. De merken profiteren volop, er zijn nog genoeg mensen met bakken geld, of onzekere types die denken dat ze niet mee tellen zonder die (loodzware) tas van Hermès.

Vanzelfsprekend zijn de winstmarges op modeartikelen enorm. Eind vorig jaar onthulde de Britse Daily Mail dat jurken van Victoria Beckham, ze kosten rond de 1800 euro per stuk, worden gemaakt voor zeventig euro. Het ontwerp, dat in India in elkaar wordt gezet door dertig naaisters die samen minder dan tien euro per uur verdienen, gaat  dus zo’n 189 keer over de kop. “Onze jurken worden door ervaren naaisters handgemaakt van stoffen van topkwaliteit”, rechtvaardigde La Beckham de aantijgingen. Beckhams klanten betalen het grif, het merk van de voormalige Posh Spice floreert.

Accessoires zijn al langer een melkkoe sinds Fendi vijftien jaar geleden duizend euro durfde te vragen voor een kleine rechthoekig tasje, de baguette, genoemd naar de Franse draagwijze van een stokbrood: geklemd onder de arm.

Momenteel verkoopt het must have-label Givenchy een plat katoenen canvashandtasjes met bloemenprint – de prijs is 685 euro. Overigens, voor een designerstas is dit een weggeefprijsje. Het simpele tasje, waar zeker honderden zoniet duizenden van zijn gemaakt,  zal aan maakloon – ruim geschat – Givenchy zo’n twintig euro hebben gekost. De inkoopprijs zal rond de driehonderd euro liggen, ook de winkelier hoor je dus niet klagen.

Designerlabels verkopen hun prêt-à-porter-lijnen voor coutureprijzen. De gigantische prijsstijgingen zijn het gevolg van de democratisering van de mode, een ontwikkeling die zo’n vijftien jaar geleden inzette toen vooral Italianen als Prada, Gucci maar ook het Britse Burberry voor de massa betaalbare items gingen verkopen, zoals sneakers en andere accessoires, niet zelden rijkelijk gedecoreerd met logo’s. Nu mode ook al weer jaren in de mode is, en zelfs tieners sparen voor een Chaneltasje, is exclusiviteit ver te zoeken. Terwijl juist de vraag naar bijzondere luxe artikelen met name in de opkomende economieën sterk toeneemt en luxe-investeerders als LVMH en PPR  hun winst alsmaar zien stijgen.

Gevolg is dat de niet gefortuneerde modeliefhebbers zich geen statementpieces, een stuk dat de toon zet, meer kunnen veroorloven. Ze moeten het doen met rip-offs van de fastfashion ketens. Het gaat dus ook erg goed met de Zara’s,  Hennessen & Mauritsen, Primarks, Mango’s en Cossen.

Eerder geplaatst in HP/de Tijd

Gerelateerde Artikelen:


Reageren is niet (meer) mogelijk.