Condé Nast bezit zo’n acht miljoen foto’s en illustraties. Al die beelden zijn de afgelopen ruim honderd jaar gemaakt voor de bladen van de Amerikaanse uitgever, waaronder Vogue, Vanity Fair en The New Yorker.
Vogue archivaris Ivan Shaw noemt de enorme collectie terecht ‘The history of fashion’. En die gaat Condé Nast nu serieus exploiteren. De bedoeling is dat werk van onder anderen fotografen als Arthur Elgort en George Hoyningen-Huene maar ook illustraties van Miguel Covarrubias en Bob Staake verschijnen op koffiemokken, kussens en tassen.
Nu al een poosje te koop zijn limited-edition modeprints voor duizenden euro’s of voordeliger als de oplage enkele honderden is. Tot voor kort was behoud het voornaamste doel van het indrukwekkende archief, maar de stagnerende oplages van de Condé Nast bladen en terugloop van advertenties nopen tot een commerciëler gebruik.
Slim, want wie wil er nou niet een mok met een werkje van Helmut Newton, Irving Penn, John Rawlings, Bert Stern of van Horst, wiens Vogue carrière in de sixties floreerde onder het hoofdredacteurschap van Diana Vreeland.
Waar ik trouwens stinkend jaloers op ben is dat inhalige influencers – die vast nooit gehoord hebben van een Steichen of een Horst – als mogen grasduinen in het archief en hun favoriete foto’s met hun volgers mogen delen. Zonder dat ik er een klap geld voor krijg, wil ik best deze foto met u delen, mooi hè. Is te koop. Meer service kan ik echt niet bieden, u zoekt het maar uit.
Reageren is niet (meer) mogelijk.