Top menu

The show must go on!

Grote modehuizen hebben het succes voor een groot deel aan hun topontwerpers te danken. Maar de meesten van hen zijn de pensioengerechtigde leeftijd al gepasseerd. Wat gebeurt er als deze modemastodonten komen te overlijden?

Eigenlijk is het een vreemd idee: de mode die op de internationale catwalks door piepjonge modellen wordt getoond, is bedacht door een fiks aantal bejaarde modeontwerpers. Heel wat modemannen en modevrouwen die jaarlijks nog minimaal acht collecties ontwerpen, zijn boven de zestig of zelfs soms de zeventig gepasseerd. Neem Vivienne Westwood (70), Roberto Cavalli (71), Ralph Lauren (72), Paul Smith (65) en Commes des Garçons Rei Kawakubo (69) en Donna Karan (63). Zo zijn er meer en ook het enfant terrible van de Franse mode, Jean Paul Gaultier, is met zijn 59 jaar niet meer de jongste.

De échte dinosaurussen van de mode zijn Giorgio Armani en Karl Lagerfeld. Beide heren lopen tegen de tachtig en hun werkdrift is onverminderd immens. Ze presenteren tientallen collecties – inclusief couture –  per jaar. Met succes, zowel artistiek als financieel. Giorgio Armani, in juli wordt hij 78, neemt op de Forbes-lijst van rijken de 144ste plek in met een persoonlijk vermogen van 3,9 miljard euro. Het Franse Chanel, sinds 1924 eigendom van de Franse familie Wertheimer, geeft nooit omzetcijfers maar behoort tot de top van de luxemodelabels. Karl Lagerfeld (78), die naast Chanel ook ontwerpt voor het Italiaanse Fendi en incidenteel voor andere labels, leeft er goed van. In 1982, toen hij in dienst trad bij Chanel, kreeg de Duitser al een miljoen dollar voor het ontwerpen van slechts 2 collecties. Een spectaculair bedrag, waar destijds weken over werd gepraat.

Wat gebeurt er met de miljardenbedrijven van Armani en met Chanel als plotseling hun hoogbejaarde artistiek directeuren iets overkomt?

De afgelopen vijftig jaar is het een paar keer voorgekomen dat beroemde ontwerpers van een groot en internationaal modehuis onverwacht het dagelijkse voor het eeuwige verwisselden. In 1957 is de internationale modewereld in schok als Christian Dior tijdens zijn vakantie overlijdt aan een hartaanval. In 1997 is het wereldnieuws als Gianni Versace vermoord wordt op de stoep van zijn villa in Florida. Vorig jaar januari pleegt Alexander McQueen zelfmoord.

Het zijn stuk voor stuk tragedies, maar altijd geldt: the show must go on. “Dat is logisch, vaak zijn het beursgenoteerde bedrijven”, zegt Carlo Wijnands die als modeconsultant jong ontwerptalent plaatst bij modebedrijven. “In eerste instantie gaan bedrijven door met mensen die er al werken, elke ontwerper heeft een rechterhand die bijvoorbeeld accessoires ontwerpt of stoffen uitzoekt.”

Dat is maar goed ook, want geen enkele ontwerper heeft een testament klaar liggen waarin hij een opvolger aanwijst. Al lijkt het wel alsof de nieuwe ontwerpers altijd stiekem al klaar staan. Immers, de plaats van Christian Dior wordt meteen ingenomen door zijn eerste assistent, de piepjonge Yves Saint Laurent. Gianni Versace’s zus Donatella en broer Santo runnen Versace sinds vijftien jaar. Sarah Burton heeft het nu voor het zeggen bij Alexander McQueen. Na de dood van de Brit wist Carlo Wijnands meteen dat het merk zou blijven bestaan. “Dat kon niet anders. Eigenaar de Gucci Group had al veel geïnvesteerd, het merk moest verder.” Wijnands vermoedt wel dat de aanstelling van Sarah Burton tijdelijk is. “Als werknemer kan Burton het concept van McQueen prima voortzetten, maar op een gegeven moment moet er toch nieuw leven in een merk worden geblazen.” Wijnands kan zich voorstellen dat de Gucci Group een bekende en spraakmakende ontwerper bij McQueen neerzet, bijvoorbeeld Gareth Pugh.”

Hoe gaan levende ontwerpers zelf om met hun opvolging? Nemen ze al maatregelen? In 1992 zegt Yves Saint Laurent ronduit tegen de Franse krant Le Figaro dat hij helemaal geen opvolger wil: “Ik zou het niet kunnen verdragen.”

Maar als hij tien jaar later op 65-jarige leeftijd zijn schaar aan de wilgen hangt, staat toch een troonopvolger klaar. Hij, en zakenpartner Pierre Bergé gunnen de eer aan Alber Elbaz. Tijd om tot bloei te komen krijgt de ontwerper echter niet. Nieuwe investeerder Gucci Group vervangt hem al snel door Tom Ford. Overigens is Stefano Pilati inmiddels na Alber Elbaz en Tom Ford de derde ontwerper sinds 2006 die de tientallen miljarden die door de Gucci Group zijn geïnvesteerd in Yves Saint Laurent moet terug verdienen.

Vrijwel alle grote modehuizen zijn tegenwoordig in handen van investeerders. Uitzondering is Armani. Het financieel meest succesvolle mode-imperium van Italië bestaat sinds 1974 is in handen van de ontwerper zelf, en komt voort uit het label Giorgio Armani. Inmiddels omvat Armani’s bedrijf onder andere Emporio Armani, Armani Jeans, Armani Privé couture en Armani Junior voor kinderen. Er zijn producten als Armani parfums, zonnebrillen en ondergoed, Armani Casa voor het interieur, de boekwinkel Armani Libri en Armani Dolci voor zoet en niet te vergeten Armani Bars, hotels, spa’s en restaurants.

Giorgio Armani neemt na de show nog steeds het applaus in ontvangst, zo toont hij aan dat hij nog werkt en fit is. Van Os weet dat de ontwerper s’ avonds voor het slapen gaan nog regelmatig de etalages inspecteert van zijn winkel in de Milanese Via Manzoni. Bevalt het niet dan moet het anders. Hij drukt nog overduidelijk zijn stempel op alles dat het modehuis voortbrengt.

Wat kan Giorgio Armani doen om zijn opvolging goed te laten verlopen? Hoewel het Italiaanse modehuis radiostilte voert over de voor veel journalisten prangende opvolgvraag, weet Michel van Os, eigenaar van Armani winkels in Amsterdam en Rotterdam, dat het zo goed als zeker is dat Armani’s nichten Silvana, Roberta en Rosanna en haar zoon Andrea het modebedrijf voortzetten. “Zij werken al jaren met Armani en hebben zeker het Armani-gevoel in hun vingers.” Voor Michel van Os is die wetenschap van groot belang, omdat hij moet weten waar hij aan toe is. “Twee jaar geleden heb ik mijn winkels grondig verbouwd. Ik had die aanzienlijke investeringen nooit gedaan als ik geen vertrouwen had in de voortzetting.”

“Maar,” benadrukt Van Os, “Armani is Armani, een vervanger bestaat niet, er zal een andere koers komen, hoe het nu is blijft niet in stand.”

Voortbestaan zal het luxelabel, zeker als de balans juist is tussen creativiteit en financieel beleid. Dat houdt in: geen geld uitgeven als dat er niet is. Zo’n vaart zal het bij Armani niet lopen, verwacht Van Os. “Meneer Armani werkt zonder banken, is zuinig en doet nooit zomaar investeringen. Als zijn familieleden zijn naam kunnen waarborgen, kunnen ze het bedrijf minstens twintig jaar voortzetten.”

Mocht Karl Lagerfeld onverwachts komen te overlijden, dan moet er een draaiboek klaarliggen. Dat Der Kaiser wordt opgevolgd door een assistent gelooft Wijnands niet. “Lagerfeld is wat het ontwerpen van collecties betreft een kluizenaar, hij werkt met niemand samen, dus van een rechterhand is geen sprake.” Het zou volgens Wijnands in dat geval een goed idee zijn om verschillende grote namen als Alber Elbaz van Lanvin of Raf Simons van Jil Sander opdrachten geven die door de Chanel ateliers worden uitgevoerd. “Vergeet niet dat de ateliers van Chanel legendarisch zijn. Mensen die daar werken hebben het Chanelgevoel helemaal in de vingers. Stel dat het hoogbejaarde vrouwtje sterft dat als enige ter wereld de typerende Chanel biezen maakt, dan is dat ook heel erg. Misschien nog wel erger dan als Karl Lagerfeld overlijdt.”

Dat modehuizen prima kunnen voortbestaan zonder hun oprichter, bewijzen onder anderen Marco Zanini bij Nina Ricci, Marc Jacobs bij Louis Vuitton, Hannah MacGibbon bij Chloé. Zo sterk leunen modehuizen uiteindelijk dus niet op de ontwerper. Carlo Wijnands: “Mensen die Lanvin of Balenciaga kopen weten eigenlijk helemaal niet wie nou precies mevrouw Lanvin of meneer Balenciaga waren. Het merk staat ergens voor, onder andere voor nostalgie, en dat spreekt aan.”

Bovendien draaien veel merken allang niet meer om de kledingcollecties, maar om parfums en accessoires. Denk maar aan de bestsellertassen van Hermès, Balenciaga, en Céline? En wie kent de ontwerpers daar nu eigenlijk van?

Eerder gepubliceerd in Het Financieele Dagblad

Gerelateerde Artikelen:


Reageren is niet (meer) mogelijk.