Top menu

Slechts schijnbaar simpel

Een strakke stoel van Rietveld en een woelig zeezicht van
Courbet. Modeontwerper Alexander van Slobbe (1959) koos de werken uit de
collectie van het Centraal Museum Utrecht als aanvulling op zijn grote overzichtstentoonstelling
daar. Rietvelds stoel van rechte balkjes eikenhout is als een puzzel die
toegang geeft tot van Slobbe’s oeuvre. Net als de ontwerpen van Van Slobbe is
de stoel slechts schijnbaar zakelijk en ingetogen. De strakke vorm straalt pure
kracht uit die zou willen uitbarsten, maar dat niet mag. Op de muur bij de
stoel staat Van Slobbes bewonderende tekst: “De stoel is minimalisme ten top”.

Alexander Van Slobbe breekt begin jaren negentig
internationaal door met So. Kenmerkend aan het mannenlabel zijn de zuivere
vormen en het onverwachte materiaalgebruik – pakken van glimmend nylon of
neopreen (dik surfpakmateriaal). Van Slobbe is zijn tijd daarmee ver
vooruit. 

De oudste ontwerpen op de expositie Stof tot Nadenken zijn enkele gedecoreerde sjaals van Orson &
Bodil, het vrouwenmerk dat Van Slobbe in 1988 oprichtte met Nannet van der
Kleijn. Voorop bij O & B staat de liefde voor handwerk, materiaal en vorm.
Terwijl de vrouwenlijn voornamelijk overleeft dankzij kunstsubsidies, groeit So
in recordtijd uit tot een ongeëvenaard internationaal modesucces, én een
onbeheersbaar monster. Van Slobbe ziet So zijn ziel verliezen: “Het werd steeds
groter, en maller. Wij ontwierpen per seizoen zevenhonderd stuks. Ik bedacht
kleding voor 18 tot 22 jarigen. Ik was zelf 42!”, zei Van Slobbe twee jaar
geleden tegen deze krant. Daarom verkocht hij het mannenlabel in 2003 aan een
Japans bedrijf en concentreert hij zich (nu zonder Van der Kleijn) weer op
Orson + Bodil (de & is nu een +).

Slobbe 2010 004

Stof tot nadenken
kent geen chronologisch opzet en opent in het duister met tien vitrines die het
ontwerpproces toelichten. In de vitrines liggen stukjes zelfbewerkte stoffen,
een ontwerpschets, en voilà: het resultaat daarvan. Deze ‘platte’
presentatiewijze – die verderop vaker opduikt – accentueert beter dan
gedrapeerd op poppen de basisvormen van de ontwerpen. Meestal is dat een
vierkant of rechthoek waar met simpele ingrepen elegante ontwerpen uit
ontstaan. Een voorbeeld is de lintenjurk uit 2009. Op een beeldschermpje in de
vitrine is te zien hoe lange linten in de voering van de jurk worden
aangetrokken en gestrikt tot een sierlijk silhouet naar wens.

Vorm staat ook centraal in de zaal waar Van Slobbe’s
archiefcollectie (tijdloze archetypische ontwerpen die zijn ontwikkeld naast de
seizoenscollecties) in drie rijen van zes aan het plafond hangt. Het geheel
oogt imposant maar ook statisch. Om de nadruk op de vorm te leggen zijn alle
ontwerpen in het zwart uitgevoerd. Op de grond getekende patronen geven inzicht
in de basisvormen van de uitgevoerde kledingstukken.

Van Slobbe zet zich af tegen massaproductie en maakt zich
sterk voor handwerk. Dat aspect werkt hij uit in een mysterieuze glanzend
zwarte kubus met smalle kijkgleuven waarin zeven poppen als in een huiskamer
zitten opgesloten. Ze dragen allemaal een jurk die een handwerktechniek –
rijgen, breien, borduren – illustreert. Door de vrouwen als in een naaikransje
te rangschikken benadrukt hij de sociale functie van huisvlijt. Alleen zijn de
spleten in de kooi te smal en is de afstand tot de poppen te groot om al
glurend de ongetwijfeld boeiende details te ontwaren.

Het hoogtepunt van de expositie is een klein berglandschap
van dozen waar Van Slobbe zijn samenwerking met andere ontwerpers en
fabrikanten demonstreert. Lege dozen impliceren nog onbekende toekomstige
samenwerkingen. Van Slobbe is wat dat betreft toonaangevend in Nederland en
zijn netwerk reikt tot ver buiten de mode. Niet alleen ontwierp hij sneakers
voor Puma, en Parels van Makkum in samenwerking met porseleinfabriek Tichelaar,
hij werkte met schilder Marc Mulder, viltkunstenares Claudy Jongstra en is ook
de samensteller van de Nederlandse expositie die binnenkort opent op de
wereldtentoonstelling van Shanghai.

De expositie eindigt in een batterij naaimachines die uitdagen
tot het knippen en naaien van een kledingstuk waarvoor een door Van Slobbe
geleverd patroon klaar hangt.  Zoals
mensen vaak bij de Rietveldstoel van simpele balkjes denken ‘dat kan ik ook’,
mag de bezoeker bewijzen dat hij een Van Slobbe in elkaar kan zetten. Wie het
waagt, zal merken dat de ontwerper slechts een basis geeft waar je heel wat
eigen inbreng voor nodig hebt.

Aan het eind van de expositie moet je langs dezelfde weg
terug en kun je alles nog eens overdenken. De expositie blijft helaas te veel
op afstand zodat niet altijd duidelijk is waarover gedacht moet worden. Van
Slobbe doet zo de bezoeker en zichzelf te kort.

 EERDER GEPUBLICIEERD IN NRC HANDELSBLAD EN NRC NEXT

Tentoonstelling Stof tot nadenken: Alexander van Slobbe, een
onafhankelijke vormgever in de mode. Centraal Museum Utrecht. T/m 16 mei, di-zo
11-17 uur. Inl: www.centraalmuseum.nl

Gerelateerde Artikelen:


Reageren is niet (meer) mogelijk.