Top menu

Modeseizoenen in een potloodstreek

Mode-illustrator Piet Paris (48) zweeft met zijn tekeningen op eenzame hoogte. Zijn kleuterschooltechnieken maken hem uniek en en zijn niet te vervangen door computerbewerking.Maar plak er niet het label “kunst” op. “Want dat is het dus niet.”

Mode-illustrator noemt Piet Paris een niche-beroep dat hij zichzelf heeft eigen gemaakt. In dat vak heeft hij de internationale top bereikt. Volgende week verschijnt er een door hem in zijn sierlijke stijl ontworpen postzegelvel ter gelegenheid van het tienjarig bestaan van Stop Aids Now. Plus de langverwachte Piet Paris monografie komt uit. Tekeningen uit dit boek hangen vanaf 15 oktober op een eenmalige verkooptentoonstelling in het Amsterdamse Hirschgebouw aan het Leidseplein.

Piet Paris is net terug uit Parijs waar hij voor de zomerpresentatie 2011 voor Viktor & Rolf’s de uitnodiging, het catwalkbeeld en decorwand illustreerde met zijn frisse grafische tekeningen. Hij vindt het een van zijn meest eervolle opdrachten, net als de reclamecampagne uit 2008 voor het Amerikaanse topwarenhuis Saks Fifth Avenue waarvoor hij zowel mode-illustraties tekende en displays en etalages ontwierp. Een maand lang reden zijn speelse illustraties in New York rond op bussen. Dit werk, en zo’n honderd andere illustraties zijn te zien op de tentoonstelling in het Hirschgebouw.

Piet Paris (in 1962 in geboren als Pieter ’t Hoen) droomde er vanaf zijn elfde van om modeontwerper worden. En inderdaad studeerde hij in 1988 aan de Arnhemse kunstacademie af als modeontwerper, maar ontdekte in zijn afstudeerjaar dat hij zich eigenlijk nooit écht een modeontwerper had gevoeld. In de weer zijn met stoffen had hem nooit echt begeesterd. Hij zag zichzelf eerder als een stilist, als een maker van beelden. De techniek van mode-illustraties beheerste hij niet voldoende. “Toen ik van school kwam kon ik nog niet eens een heel lichaam tekenen op een A3-vel, het paste nooit. Daarom tekende ik in het begin op groot  50 x 60 centimeter formaat.”

Het weerhield Paris er niet van om zijn koffers en tekenmap te pakken en nog in de week van de diploma-uitreiking naar Italië te liften. In Milaan blufte hij zich binnen bij Vanity, hét blad in die tijd voor mode-illustrators. Een opdracht volgde. Pauline Terreehorst, onder de indruk van Paris’ avontuur in Milaan, vroeg illustraties voor bij haar modestukken in de Volkskrant, modebladen als Viva en Elle volgden.

Amper een jaar na zijn afstuderen kan Paris al leven van zijn tekenwerk. Voor De Telegraaf maakt hij later vlotte modeschetsen van de Parijse shows bij de artikelen van Fiona Hering. “Piet kan in een potloodstreek neerzetten waar het in een modeseizoen om draait,“ zegt Narda van ’t Veer, directeur van Unit CMA in Amsterdam, en sinds veertien jaar agent van Paris. “Hij heeft in het begin veel tijd geïnvesteerd om het vak te doorgronden en beter te worden.”

In Paris’ tweeëntwintigjarige tekencarrière komt er aan de stroom opdrachten geen eind. Paris tekent zowel editorials (illustraties voor tijdschriften) voor onder andere de Japanse Vogue, de Koreaanse W en de Duitse Elle. De laatste jaren tekent hij steeds vaker reclamewerk voor onder andere de Bijenkorf, de KLM en Grolsch waar hij nu aan werkt. Onlangs kreeg hij een onverwachte opdracht: het ontwerpen van een servies voor Jansen & Co, producent van keuken- en tafelartikelen. De mode-illustrator greep de kans. “Ik denk dat ik met tekenen nog veel meer kan, zoals mijn tekeningen tot leven brengen”, zegt hij in zijn studio in de Amsterdamse Jordaan. Inderdaad, de proefmodellen van kopjes met een sierlijke paardenstaart als oortje en roerlepeltjes in de vorm van een gestrekt been met fikse stilettohak brengen zijn grafische werk tot leven.

In zijn atelier staat natuurlijk een computer, maar die is voor de mail en zakelijke dingen. Illustreren gaat bij Piet Paris nog helemaal met de hand. Met potlood, verf, lijm, snijmes en soms een spatzeefje van de Hema. “Dat handwerk is uniek”, weet zijn agent Narda van ’t Veer. “Vrijwel alle hedendaagse mode-illustrators beginnen net als hij met enig handwerk, maar scannen vervolgens alles in om de tekening op de computer verder te bewerken. De kleuterschool technieken die Piet gebruikt – tamponneren met een aardappel, spatten met een tandenborstel – zijn niet in computertaal te vangen.” Volgens Van ’t Veer positioneert Paris zich met zijn unieke stijl op eenzame hoogte, hoogstens vergelijkbaar met de modeaquarellen van de Zweed Mats Gustafson en de inktschetsen van de in 1966 overleden Fransman René Gruau.

De rode draad in het werk van Piet Paris is zijn zoektocht naar de juiste vormen. “In alles zoek ik die”, zegt Paris. “In lichamen en in kleding, maar ook de ruimte om de figuren, de restvorm, speelt een grote rol.” Hij experimenteert met eenvoudige middelen als gesneden papier en spuittechnieken tot hij de goede vormen te pakken heeft. De zoektocht mondt vaak uit in kunstige collages. Plak niet het label “kunst” op zijn werk.”Dat is het dus niet,” zegt Paris resoluut. “Ik teken in opdracht en mijn tekeningen zijn commerciële producten.”

Piet Paris voelt zich als illustrator vooral verbonden met grafische vormgevers en de Groningse drukker/kunstenaar Hendrik Werkman (1882-1945) die net als Paris veel met sjablonen werkte.  Ook met het bedrieglijke eenvoudig werk Dick Bruna voelt hij verwantschap. Op de tentoonstelling in het Hirschgebouw is zijn ontwikkeling te zien van schilderachtig, romantisch en poëtisch naar een alsmaar “droger”  en grafischer stijl.

Het kost Paris geen enkele moeite om geïnspireerd en fris te blijven. “Ik vind tekenen nog steeds geweldig leuk en vernieuw mezelf constant, minimaal weliswaar, maar toch.” Kleine verandering zitten bijvoorbeeld in een net iets anders getekende hand, in een nieuw materiaal of een andere lijndikte.

Ook buiten zijn illustraties is Piet Paris actief in de mode. Hij heeft altijd lesgegeven aan diverse academies en is medeoprichter van de masteropleiding Fashion Institute Arnhem (FIA). Hij was artistiek directeur van de eerste drie edities van de Arnhem Mode Biënnale. In 2009 vond Paris het wel genoeg geweest en concentreert zich nu volledig op zijn illustratiewerk. “Tekenen vind ik het allerleukste dat er is.”

EERDER GEPUBLICEERD IN HET FINANCIEELE DAGBLAD

Gerelateerde Artikelen:


Reageren is niet (meer) mogelijk.