Top menu

Henrik Vibskov

De Deen Henrik Vibskov is modeontwerper, kunstenaar en muzikant. In Amsterdam gaat dit weekende zijn  tijdelijke winkel “100 Days”open. “Als je ziet wat iemand draagt, krijg je meteen een beeld van die persoon.”

Anarchie in een winkelruimte op steenworp afstand van het Paleis op de Dam. Op een loopbrug van sloophout staan ankers, een rad, boeien met vlaggetjes. Aan het uiteinde van een pikhaak hangt een olielamp. De Deense modeontwerper, muzikant, kunstenaar Henrik Vibskov (36) legt met zijn team de laatste hand aan een roestkleurige installatie die onderdeel uitmaakt van “100 Days”.

Vibskov baseerde de inrichting van zijn tijdelijke Amsterdamse winkel – over honderd dagen sluit de zaak – op zijn recente show The Last Pier Pandemonium, een fantasie over mensen die na een positieve post-apocalyptische zeereis ‘ergens’ terugkeren. Wat er in hun hoofden omgaat weet niemand, maar de kleding heeft een sobere, cleane uitstraling. Vibskov showde de collectie eerder in Parijs, Milaan en thuisbasis Kopenhagen, waar hij amper is. Als drummer van electroband Trentemøller rondde hij dit najaar een tournee af. Hij is op doorreis naar Antwerpen om een plan voor het Modemuseum te bespreken. Daarna wacht Riga, waar hij voor een operagezelschap kostuums ontwerpt.

Opdrachtgevers, culturele instellingen en musea vertrouwen blind op Vibskovs ongebreidelde creativiteit en gunnen hem vaak carte blanche. Toch wekt het talent ook argwaan. “Heb je zoals ik een modeachtergrond, en exposeer je regelmatig, dan reageren mensen vaak sceptisch, ze vragen zich af of het wel kunst is.” En is het kunst? “Deze installatie hier in de winkel is dat niet. Ook de handgemaakte, kostbare stukken die hier hangen zijn gewoon kleren. Mode draait om productie, kunst is uniek, kunst moet vragen oproepen. Kunst gaat niet over hip of een houding maar over identiteit.”

In 2011 is het tien jaar geleden dat Henrik Vibskov afstudeerde aan de prestigieuze kunstacademie Central St. Martins in Londen. Sindsdien verkoopt hij zijn  eigenzinnige ontwerpen in ruim veertig landen. Van Koeweit tot Zuid-Korea waar zijn werk geldt als avant-gardistisch, en waar hij als een popster wordt ontvangen. In de modewereld bereikt Vibskov een breed publiek zonder aan peperdure marketing te doen. Commerciële aanbiedingen  slaat hij steevast af omdat hij  geen trek heeft om als de zoveelste ontwerper een paar schoenen voor een bekend label ontwerpen. Liever doet hij iets onverwachts en experimenteels  – zoals een serie prints geïnspireerd op lust en passie voor het Arken museum in Kopenhagen.

Mode is volgens Vibskov de sterkste en snelste manier van communiceren. “Als je ziet wat iemand draagt krijg je meteen een beeld van die persoon. Stel je voor dat we allemaal hetzelfde uniform droegen.” Vibskov shows kenmerken zich door een hoog entertainmentgehalte. “Mensen willen vermaakt  worden, of ze nou naar een modeshow, tentoonstelling of concert gaan. Het publiek wil naar huis met een ervaring, het wil uitgedaagd worden. Dat sluit reflectie niet uit, een goede mix van een gelaagdheid en speelsheid belangrijk. Dat is geen teken van deze tijd maar altijd zo geweest. Denk maar aan Salvador Dalí of Andy Warhol: mensen willen clowns.”

Tentoonstellingen, optredens, modeshows en een tijdelijke winkel, in alles wat Vibskov aanpakt en uitvoert is de energie voelbaar. Hij begrijpt niet waarom collega modeontwerpers steeds vaker kiezen voor een film als ‘nieuwe’ presentatievorm. “De meeste films zijn bullshit. Je moet het wel verrekte goed doen om de juiste sfeer neer te zetten.” Vibskov zweert bij shows als belevenis en dicht ze zelfs iets religieus toe. “De hele opzet van een show – van de modellen die opkomen, publiek dat elkaar opneemt tot de ontwerper die aan het eind opkomt – wordt er gewerkt naar een hoogtepunt. Stop die spanning maar eens in een film.”

Gerelateerde Artikelen:


Reageren is niet (meer) mogelijk.